Nee, ik ben niet per ongeluk of uit nostalgie of depressie teruggedoken in mijn herinnering. Er zou een boek komen, weet je nog?
En ergens ligt het begin van mijn verhaal. Niet vreemd om dan terug te gaan in de tijd en zodoende steeds dieper in je herinnering te graven, steeds meer details te zien opdoemen en gaandeweg te beseffen dat ik eigenlijk helemaal geen slechte jeugd heb gehad. Ik hield van mijn dorpje. Ik weet niet of het ooit een mooi dorp is geweest. Er kwamen nooit toeristen om bewonderend rond te kijken en souvenirs te kopen en daar ben ik niet rouwig om.
Mijn tijd daar waren de zestiger en zeventiger jaren. In het begin hadden we geen televisie en geen auto, zelfs geen telefoon. Internet bestond zelfs nog niet in de verbeelding van welke sterveling dan ook We hadden heel veel rust maar ik kwam as kind toch vaak tijd tekort om alles te doen wat ik steeds wilde doen. Misschien had het er ook mee te maken dat ik me prima kon vermaken met niks. Gewoon lekker dagdromen op een goed plekje in de zon of voor de kachel. Ik leek soms wel een kat.
Maar ik kon ook heel actief zijn. Hele dagen druk in de weer om mijn fantasietjes uit te voeren in papier en karton, later in hout of gewoon dingen maken met hetgeen voorhanden was. Op mooie dagen waren altijd wel ergens kinderen buiten aan het spelen en met een keertje vriendelijk vragen mocht ik best meedoen. Niet dat ik dat altijd nodig vond. Ik kon de wereld ook best in mijn eentje verkennen. Te voet of op de fiets, dichtbij huis of wat verder weg maakte niet uit. Buitenzijn was heerlijk. Zon, wind of regen deed er niet toe. Het gras had elke dag een andere tint groen en als de wind ermee speelde, veranderde het groen elk moment. Prachtig was dat.
Het dorp was omringd door weilanden. Ik groeide op in een groene zee met aan de horizon de Biesbosch en de weg naar Rotterdam. Het dorp was een eiland vol huizen en mensen. We waren verbonden met elkaar omdat we dorpsgenoten waren en dat was heel wat.
Mijn vader kende iedereen en iedereen kende mijn vader en ik was reuzetrots op hem. Hij nam me weleens mee op de fiets en later op de brommer, zodat ik ook een glimp van zijn wereld kon zien. Wat was dat spannend! Grote Mensen die GroteMensendingen deden. Zou ik dat later ook gaan doen?
Ik had er niet veel vriendjes en nog veel minder vijanden, maar het was goed zo. Onze fantasie ging een heel kinderleven mee en daar hebben we gretig uit geput. Zelfs nu heb ik nog weleens het gevoel dat ik mijn kindertijd nog steeds niet heb afgemaakt. Daarom vind ik het helemaal niet erg om mijn herinneringen aan die tijd nu en dan naar hartelust op te halen, om de zon weer op het zand in de achtertuin te voelen branden. Om weer in gedachten over het dorp te lopen, soms in optocht achter Sinterklaas aan of met een lampion. heel vaak ook alleen of met een vriendje, benieuwd naar gebeurtenissen die zomaar ergens op konden duiken. Dan loop ik weer één van de winkeltjes binnen om kauwgomballen voor 1 cent te kopen, of stiekeme sigaretten. Ik ga hier of daar nog eens kijken of ik een cadeautje kan vinden voor een verjaardag. Het was gewoon spannend om bij de smid of de fietsenmaker binnen te gluren en bij de slager stonden griezelige tonnen met slachtafval op het erf.
En nu ben ik nog niet eens aan de details toegekomen, die houd ik lekker voor mezelf. Anders wordt dit een veel te lange blog
Geen opmerkingen:
Een reactie posten