Als ik 's morgrns net wakker ben en nog even in mijn bedje lig om te schakelen van de slaapwereld naar de nieuwe dag, schiet me soms zomaar opeens een prachtige blog te binnen. Het begint dan altijd met een onderwerp waarvan ik weet dat ik er met veel plezier en heel levendig over kan vertellen. Het verhaal rolt dan mijn gedachten binnen en het is zo mooi en vloeiend dat ik er zelf om kan glimlachen.
Het is dan heel vervelend dat die blog altijd in de vroege ochtend achterblijft. Al voordat ik mijn ochtendjas aan heb en mijn eerste plasje van de dag gedaan heb, is het weg. Tegen dat ik in de avond achter mijn ploetertje zit, kan ik niet eens de prettige toon meer vinden waarin ik o, zo graag zou willen schrijven.
Het is een ramp! Een drama! Ronduit vreselijk!
Hoe kan ik zo ooit een carrière al schrijfster beginnen? Al die vloeiende, boeiende zinnen die in mijn halfslaap verdampen laten zich nooit, nergens terugvinden. Vroeger was het nog veel erger. Rond mijn 28ste heb ik een prijswinnend toneelstuk geschreven. Alle dialogen, regie-aanwijzingen en de hele mise-en-scene had ik in mijn hoofd. Het hoefde alleen maar uitgetypt te worden en dan was ik klaar om een decor te schetsen met het lichtplan erbij. Echt waar, ik hoefde het alleen maar te doen en binnen een jaar zou ik zelfs door Oprah gevraagd worden voor een diepgravend interview. Maar één been uit bed en Floep... Alles weg. Ik weet niet eens meer waar dit prachtige toneelstuk over ging.
Later heb ik zo het eerste hoofdstuk van mijn oorlogsdrama uitgewerkt. Ik zat zelf met een brok in de keel en tranen in mijn ogen. O, wat kan ik mooi schrijven. Zo mooi dat ik verliefd zou kunnen worden op mijzelf...
Maar het is weg. Ik kan niet eens meer op de openingszin komen en die is essentieel, die zet de toon van het stuk. Hoe komt het dat ik elke dag aan het ontbijt moet constateren dat ik toondoof ben? Dat ik een goed verhaal wel kan herkennen, maar niet kan maken. Is de tijd nog niet rijp of ben ik er gewoon niet aan toe. Heb ik het nog te druk met het verhaal van mijn dagelijks leven? Want saai is het zeker niet. Er gebeurt zoveel dat ik het niet eens in dit blogje gepropt krijg.
Nou zijn jullie nieuwsgierig zeker?
Wacht maar tot ik de slag te pakken krijg, dan giet ik alles in een stuk of wat romans en hier en daar een toneelstuk.
Als het meezit lees je ooit in mijn blog over mijn reis naar Zweden waar ik de Nobelprijs in ontvangst ga nemen.......
Gewoon volhouden!
zaterdag 19 februari 2011
vrijdag 18 februari 2011
Vrienden, familie enzovoort...
Het schijnt dat ik niet zoveel vrienden, familie enzovoort heb.
Gisteren heb ik dat zomaar pardoes vast kunnen stellen.
Dus ik weet nou ook alvast dat ik niet teveel toestanden hoef te plannen als ik deze zomer mijn 50ste jaardag bereik. Die verjaardag op zich hoeft van mij al helemaal niet. Ik geloof dat ik me al bijna 50 jaar nooit meer jarig heb gevoeld. Ooit, lang geleden heeft iemand die veel invloed op mij had, en nog wel heeft, me toegesnauwd dat ik geen feestjes verdien en dat heeft zoveel indruk op me gemaakt dat ik alle feestjes, vooral die van mezelf, het liefst oversla.
Maar gisteren gebeurde er iets wat voor mij toch wel een feestje waard is. Ik kreeg nieuws te horen wat me heel veel doet. Direct nadat ik dat geweldige bericht ontving, vroeg ik me af wie ik het liefst en het eerst en het luidruchtigst zou willen vertellen over mijn geweldige nieuws.
Niemand.
Er is nu niemand in mijn leven die ik juichend, lachend of huilend om de hals of in de armen kan vallen om te vieren dat alles uiteindelijk helemaal goed zal komen. Niemand die ik midden in de nacht uit bed kan bellen, die me spontaan op komt halen om iets leuks te gaan doen, met wie ik de slappe lach kan krijgen, samen van het goede genieten, tegen elkaar zeggen dat klagen en mopperen niet zal helpen of gewoon: Samen zijn.
Er zijn wel mensen die dat beloven of beloofd hebben, maar ze doen het niet. Er waren ook mensen met wie dat kon, maar die heb ik ooit- o, stommiteit- voor iemand ingeruild die graag niemand wilde zijn.
Aan de andere kant heb ik jaren geleden, toen ik begon aan de reis die ik nu mag gaan beëindigen, met mezelf afgesproken dat ik het helemaal alleen zou gaan doen.
Ik had al teveel goed bedoelde in-de-weg-loperij meegemaakt, te vaak 'ik zou het nooit zo doen' adviezen, of 'dat doet me veel verdriet' pogingen tot begrip op mijn weg gezien om daar nog langer over te willen en kunnen struikelen.
Ik heb nog één mens toegelaten, in de veronderstelling dat deze persoon me met onbevangen begrip en liefdevolle belangstelling terzijde zou kunnen staan. Ze kon het niet. Ze kon zelfs niet begrijpen dat ze me meer dan hevig pijn deed met haar 'verzoek' om toch vooral te blijven wat ik vroeger was...
Misschien reageerde ik veel te emotioneel, noem het ontzettend razend, woedend, boos, toen die ene druppel mijn emmer deed overlopen. Ik kon het geduld niet meer opbrengen. Met mijn handen vol aan mezelf, want ook de dingen die ik helemaal niet alleen wilde doen, kreeg ik helemaal op mijn bordje, dus ik niet meer de ruimte en de energie om geduldig en omstandig aan iemand over te brengen dat ze absoluut niet aardig voor andere mensen was.
Had ik ongelijk? Kweenie, maar de warme gevoelens en de innige vriendschap waren niet echt en oprecht genoeg om in te zien dat het op dat moment helemaal niet zo goed met me ging.
Lijk ik dan altijd zo sterk en zeker dat men van mij niet kan dulden dat ik zo nu en dan even zo'n momentje heb?
Hoe dan ook, kennelijk ben ik toch sterk of slim genoeg om het zover te kunnen laten komen dat een knappe dokter van mij gaat maken wat ik vijftig jaar geleden al had moeten zijn:
Een écht meisje.
Ik hoop nog voor het eind van dit jaar, het liefst nog net voordat Abraham op de stoep staat, dat scheelt me weer een hoop uitleg en dan hoef niet nog eens te luisteren naar die twee woordjes waar ik zo'n enorme hekel aan heb: "Ja, maar..."
Toch ben ik benieuwd of mijn familie enzovoort ook niks van zich laat horen als er een vijftigste jaardag in de lucht lijkt te hangen. Van mij mogen ze...
... dan ook wegblijven.
Gisteren heb ik dat zomaar pardoes vast kunnen stellen.
Dus ik weet nou ook alvast dat ik niet teveel toestanden hoef te plannen als ik deze zomer mijn 50ste jaardag bereik. Die verjaardag op zich hoeft van mij al helemaal niet. Ik geloof dat ik me al bijna 50 jaar nooit meer jarig heb gevoeld. Ooit, lang geleden heeft iemand die veel invloed op mij had, en nog wel heeft, me toegesnauwd dat ik geen feestjes verdien en dat heeft zoveel indruk op me gemaakt dat ik alle feestjes, vooral die van mezelf, het liefst oversla.
Maar gisteren gebeurde er iets wat voor mij toch wel een feestje waard is. Ik kreeg nieuws te horen wat me heel veel doet. Direct nadat ik dat geweldige bericht ontving, vroeg ik me af wie ik het liefst en het eerst en het luidruchtigst zou willen vertellen over mijn geweldige nieuws.
Niemand.
Er is nu niemand in mijn leven die ik juichend, lachend of huilend om de hals of in de armen kan vallen om te vieren dat alles uiteindelijk helemaal goed zal komen. Niemand die ik midden in de nacht uit bed kan bellen, die me spontaan op komt halen om iets leuks te gaan doen, met wie ik de slappe lach kan krijgen, samen van het goede genieten, tegen elkaar zeggen dat klagen en mopperen niet zal helpen of gewoon: Samen zijn.
Er zijn wel mensen die dat beloven of beloofd hebben, maar ze doen het niet. Er waren ook mensen met wie dat kon, maar die heb ik ooit- o, stommiteit- voor iemand ingeruild die graag niemand wilde zijn.
Aan de andere kant heb ik jaren geleden, toen ik begon aan de reis die ik nu mag gaan beëindigen, met mezelf afgesproken dat ik het helemaal alleen zou gaan doen.
Ik had al teveel goed bedoelde in-de-weg-loperij meegemaakt, te vaak 'ik zou het nooit zo doen' adviezen, of 'dat doet me veel verdriet' pogingen tot begrip op mijn weg gezien om daar nog langer over te willen en kunnen struikelen.
Ik heb nog één mens toegelaten, in de veronderstelling dat deze persoon me met onbevangen begrip en liefdevolle belangstelling terzijde zou kunnen staan. Ze kon het niet. Ze kon zelfs niet begrijpen dat ze me meer dan hevig pijn deed met haar 'verzoek' om toch vooral te blijven wat ik vroeger was...
Misschien reageerde ik veel te emotioneel, noem het ontzettend razend, woedend, boos, toen die ene druppel mijn emmer deed overlopen. Ik kon het geduld niet meer opbrengen. Met mijn handen vol aan mezelf, want ook de dingen die ik helemaal niet alleen wilde doen, kreeg ik helemaal op mijn bordje, dus ik niet meer de ruimte en de energie om geduldig en omstandig aan iemand over te brengen dat ze absoluut niet aardig voor andere mensen was.
Had ik ongelijk? Kweenie, maar de warme gevoelens en de innige vriendschap waren niet echt en oprecht genoeg om in te zien dat het op dat moment helemaal niet zo goed met me ging.
Lijk ik dan altijd zo sterk en zeker dat men van mij niet kan dulden dat ik zo nu en dan even zo'n momentje heb?
Hoe dan ook, kennelijk ben ik toch sterk of slim genoeg om het zover te kunnen laten komen dat een knappe dokter van mij gaat maken wat ik vijftig jaar geleden al had moeten zijn:
Een écht meisje.
Ik hoop nog voor het eind van dit jaar, het liefst nog net voordat Abraham op de stoep staat, dat scheelt me weer een hoop uitleg en dan hoef niet nog eens te luisteren naar die twee woordjes waar ik zo'n enorme hekel aan heb: "Ja, maar..."
Toch ben ik benieuwd of mijn familie enzovoort ook niks van zich laat horen als er een vijftigste jaardag in de lucht lijkt te hangen. Van mij mogen ze...
... dan ook wegblijven.
woensdag 16 februari 2011
Zonnnnnnnnnn !!!
vandaag was een echte 'voorjaar in je bol'-dag. Heerlijk, allemaal kinderen op het veld. Wat is dit een heerlijk hofje. Ik woon hier echt met veel plezier. Ik heb bijna heel de dag boodschapjes gedaan, lekker wandelen over het dorp. Toen ik vanmiddag vanaf de Markt door de Groenstraat naar huis liep, had ik lekker de zon op mijn snoet en ze was heerlijk warm. Ik moest nog dingen doen, anders was ik doorgelopen: De Groenstraat helemaal uit tot aan het bos.
Maar nu zit ik weer bezig e zijn. Het bos zal het vandaag zonder mij moeten stellen. Morgen ook, dan moet ik naar Amsterdam. Op bezoek bij de dokters van het Genderteam. Ik kom daar nu al bijna drie jaar. Het zullen er misschien wel vier, maar zeker geen vijf, worden.
Morgen krijg ik te horen of ik volgens hen klaar ben voor de laatste fase van mijn geslachtsaanpassing.
Ik vind zelf van wel. Ik weet nu dat ik nooit een jongen of een man geweest ben. Ik was iemand die er heel veel op leek. Zo veel dat hetero vrouwen zelfs verliefd op me werden en O, wat vond ik dat náár.
Maar dat zijn details, gevoelens met een hoog 'zie je wel' gehalte. Ik kan me nu niet voorstellen dat ik ooit man zal zijn, ik voel geen enkele behoefte om te veranderen wat ik nu heb bereikt. Ik wil wel verder ontwikkelen, zorgen dat mijn stem niet meer bromt, dat mijn baard niet meer groeit. Leren hoe ik vloeiender loop. Leren hoe ik flirt met een leuke man.
Drie jaar lijkt heel lang om iets te doen waarvan ik al bijna veertig jaar wist dat het ooit zou gaan gebeuren.
Nu merk ik dat drie jaar niet lang genoeg is om alles af te leren wat ik me liever nooit eigen had gemaakt.
Het hoorde erbij. Ik ben veel te braaf geweest. Altijd heel erg mijn best gedaan om te doen wat ik dacht dat de mensen van me verwachtten: Man zijn.
Het leek goed te gaan, maar het is niet gelukt. Nog langer proberen zou mijn dood geweest zijn. Misschien is dat ook wel zo? 'Hij' is dood en nu is het Carine. Als een soort Feniks tevoorschijn gekomen uit een donkere put.
Eindelijk voel ik dat het leven leuk is, dat problemen er zijn om overwonnen te worden, dat je gerust terug mag lachen als de zon of een mens je toelacht. Wat wonderlijk dat het leven zoveel pijn kan doen en wat gek om daar op deze manier van verlost te worden.
Heerlijk, die zon!
Maar nu zit ik weer bezig e zijn. Het bos zal het vandaag zonder mij moeten stellen. Morgen ook, dan moet ik naar Amsterdam. Op bezoek bij de dokters van het Genderteam. Ik kom daar nu al bijna drie jaar. Het zullen er misschien wel vier, maar zeker geen vijf, worden.
Morgen krijg ik te horen of ik volgens hen klaar ben voor de laatste fase van mijn geslachtsaanpassing.
Ik vind zelf van wel. Ik weet nu dat ik nooit een jongen of een man geweest ben. Ik was iemand die er heel veel op leek. Zo veel dat hetero vrouwen zelfs verliefd op me werden en O, wat vond ik dat náár.
Maar dat zijn details, gevoelens met een hoog 'zie je wel' gehalte. Ik kan me nu niet voorstellen dat ik ooit man zal zijn, ik voel geen enkele behoefte om te veranderen wat ik nu heb bereikt. Ik wil wel verder ontwikkelen, zorgen dat mijn stem niet meer bromt, dat mijn baard niet meer groeit. Leren hoe ik vloeiender loop. Leren hoe ik flirt met een leuke man.
Drie jaar lijkt heel lang om iets te doen waarvan ik al bijna veertig jaar wist dat het ooit zou gaan gebeuren.
Nu merk ik dat drie jaar niet lang genoeg is om alles af te leren wat ik me liever nooit eigen had gemaakt.
Het hoorde erbij. Ik ben veel te braaf geweest. Altijd heel erg mijn best gedaan om te doen wat ik dacht dat de mensen van me verwachtten: Man zijn.
Het leek goed te gaan, maar het is niet gelukt. Nog langer proberen zou mijn dood geweest zijn. Misschien is dat ook wel zo? 'Hij' is dood en nu is het Carine. Als een soort Feniks tevoorschijn gekomen uit een donkere put.
Eindelijk voel ik dat het leven leuk is, dat problemen er zijn om overwonnen te worden, dat je gerust terug mag lachen als de zon of een mens je toelacht. Wat wonderlijk dat het leven zoveel pijn kan doen en wat gek om daar op deze manier van verlost te worden.
Heerlijk, die zon!
maandag 14 februari 2011
Shit happens while your're busy planning a life
Hehe, ik kan het nog: Spreekwoorden bedenken.
Maar het wordt tijd dat ik weer eens wat nuttigs ga doen met mijn tijd.
Daar is mijn leven aan toe, de tekenen wijzen erop.
Van sommige dingen weet je dat ze zullen eindigen, al weet je niet altijd precies wanneer.
Sommige van die dingen duren al snel te lang, van andere wil je niet dat het ophoudt.
Vandaag heb ik allebei een beetje aan de hand. Wat ik graag wil dat eindigt, leek even nog veel langer te gaan duren en van iets wat ik liever niet wil zien eindigen, is de eindstreep veel te dichtbij.
Het einde van een era? Het moment om mezelf in de kraag te vatten, op mijn voetjes te zetten en te roepen
"Hier is het!! Lééf dan!!"
Ja, ik was een poosje niet meer in leven. Ik heb wel geleefd, best goed geleefd voor iemand als ik, mag ik wel zeggen. Maar ergens hield het op. In elk leven moet je kiezen. Niet kiezen is ook kiezen, maar meestal is dat de verkeerde keus.
Nu ben ik bang om opnieuw te beginnen. Ik weet niet eens waar ik moet beginnen. Ik durf dat niet eens te weten, want als ik verkeerd kies?
Als ik terugkijk op mijn vorige leven, ziet het eruit of ik het heel goed deed. O, wat ik allemaal niet mee heb mogen maken.....
Ik wil daar eigenlijk wel meer van. Maar ik voelde me toen al klein en heel onzeker. Te bang om te kiezen. En ik voel me nog lang niet groot en sterk genoeg om eindelijk wel te kunnen kiezen.
Komt het gewoon omdat ik geen keus heb? Dat ik het gewoon moet dóen?
De tekenen wijzen erop.....
Maar het wordt tijd dat ik weer eens wat nuttigs ga doen met mijn tijd.
Daar is mijn leven aan toe, de tekenen wijzen erop.
Van sommige dingen weet je dat ze zullen eindigen, al weet je niet altijd precies wanneer.
Sommige van die dingen duren al snel te lang, van andere wil je niet dat het ophoudt.
Vandaag heb ik allebei een beetje aan de hand. Wat ik graag wil dat eindigt, leek even nog veel langer te gaan duren en van iets wat ik liever niet wil zien eindigen, is de eindstreep veel te dichtbij.
Het einde van een era? Het moment om mezelf in de kraag te vatten, op mijn voetjes te zetten en te roepen
"Hier is het!! Lééf dan!!"
Ja, ik was een poosje niet meer in leven. Ik heb wel geleefd, best goed geleefd voor iemand als ik, mag ik wel zeggen. Maar ergens hield het op. In elk leven moet je kiezen. Niet kiezen is ook kiezen, maar meestal is dat de verkeerde keus.
Nu ben ik bang om opnieuw te beginnen. Ik weet niet eens waar ik moet beginnen. Ik durf dat niet eens te weten, want als ik verkeerd kies?
Als ik terugkijk op mijn vorige leven, ziet het eruit of ik het heel goed deed. O, wat ik allemaal niet mee heb mogen maken.....
Ik wil daar eigenlijk wel meer van. Maar ik voelde me toen al klein en heel onzeker. Te bang om te kiezen. En ik voel me nog lang niet groot en sterk genoeg om eindelijk wel te kunnen kiezen.
Komt het gewoon omdat ik geen keus heb? Dat ik het gewoon moet dóen?
De tekenen wijzen erop.....
Abonneren op:
Reacties (Atom)