woensdag 2 november 2011

Waar ik geboren en getogen ben...

Nee, ik ben niet per ongeluk of uit nostalgie of depressie teruggedoken in mijn herinnering. Er zou een boek komen, weet je nog?
En ergens ligt het begin van mijn verhaal. Niet vreemd om dan terug te gaan in de tijd en zodoende steeds dieper in je herinnering te graven, steeds meer details te zien opdoemen en gaandeweg te beseffen dat ik eigenlijk helemaal geen slechte jeugd heb gehad. Ik hield van mijn dorpje. Ik weet niet of het ooit een mooi dorp is geweest. Er kwamen nooit toeristen om bewonderend rond te kijken en souvenirs te kopen en daar ben ik niet rouwig om.

Mijn tijd daar waren de zestiger en zeventiger jaren. In het begin hadden we geen televisie en geen auto, zelfs geen telefoon. Internet bestond zelfs nog niet in de verbeelding van welke sterveling dan ook We hadden heel veel rust maar ik kwam as kind toch vaak tijd tekort om alles te doen wat ik steeds wilde doen. Misschien had het er ook mee te maken dat ik me prima kon vermaken met niks. Gewoon lekker dagdromen op een goed plekje in de zon of voor de kachel. Ik leek soms wel een kat.

Maar ik kon ook heel actief zijn. Hele dagen druk in de weer om mijn fantasietjes uit te voeren in papier en karton, later in hout of gewoon dingen maken met hetgeen voorhanden was. Op mooie dagen waren altijd wel ergens kinderen buiten aan het spelen en met een keertje vriendelijk vragen mocht ik best meedoen. Niet dat ik dat altijd nodig vond. Ik kon de wereld ook best in mijn eentje verkennen. Te voet of op de fiets, dichtbij huis of wat verder weg maakte niet uit. Buitenzijn was heerlijk. Zon, wind of regen deed er niet toe. Het gras had elke dag een andere tint groen en als de wind ermee speelde, veranderde het groen elk moment. Prachtig was dat.

Het dorp was omringd door weilanden. Ik groeide op in een groene zee met aan de horizon de Biesbosch en de weg naar Rotterdam. Het dorp was een eiland vol huizen en mensen. We waren verbonden met elkaar omdat we dorpsgenoten waren en dat was heel wat.
Mijn vader kende iedereen en iedereen kende mijn vader en ik was reuzetrots op hem. Hij nam me weleens mee op de fiets en later op de brommer, zodat ik ook een glimp van zijn wereld kon zien. Wat was dat spannend! Grote Mensen die GroteMensendingen deden. Zou ik dat later ook gaan doen?

Ik had er niet veel vriendjes en nog veel minder vijanden, maar het was goed zo. Onze fantasie ging een heel kinderleven mee en daar hebben we gretig uit geput. Zelfs nu heb ik nog weleens het gevoel dat ik mijn kindertijd nog steeds niet heb afgemaakt. Daarom vind ik het helemaal niet erg om mijn herinneringen aan die tijd nu en dan naar hartelust op te halen, om de zon weer op het zand in de achtertuin te voelen branden. Om weer in gedachten over het dorp te lopen, soms in optocht achter Sinterklaas aan of met een lampion. heel vaak ook alleen of met een vriendje, benieuwd naar gebeurtenissen die zomaar ergens op konden duiken. Dan loop ik weer één van de winkeltjes binnen om kauwgomballen voor 1 cent te kopen, of stiekeme sigaretten. Ik ga hier of daar nog eens kijken of ik een cadeautje kan vinden voor een verjaardag. Het was gewoon spannend om bij de smid of de fietsenmaker binnen te gluren en bij de slager stonden griezelige tonnen met slachtafval op het erf.

En nu ben ik nog niet eens aan de details toegekomen, die houd ik lekker voor mezelf. Anders wordt dit een veel te lange blog


dinsdag 1 november 2011

mijn verhaal, (hoe) vertel ik het aan jullie?

Al heel veel jaren geleden heb ik besloten om mijn verhaal op te schrijven. Eerst was het weinig meer dan een therapeutische bezigheid, maar dan anders. Ik wilde verklaren waarom ik me zo vreselijk mislukt in het leven voelde, maar dan wel een verklaring vanuit het hoofd, niet vanuit het hart want eigenlijk wist ik altijd al wat me dwarszat.

Dus het werd niks, want alles was doodlopend gebabbel.
Later, toen ik eindelijk durfde te bekennen waarom ik geen greep had op mijn leven, ben ik opnieuw begonnen, maar toen was mijn schrijfsel pure travestie. Ik probeerde een masker te fabrieken om me lacherig achter te verschuilen en op moeilijke vragen te kunnen antwoorden dat men mijn boek maar eens moest lezen, gevoelgd door lacherige koetjes en kalfjes.

Weer later drong het tot me door dat ik eigenlijk pas echt een lekker lopend verhaal kan componeren als ik weet wat het begin is en wat het midden is en vooral waar en wanneer het eindigt.
"En ze leefde nog lang en gelukkig...", waarschijnlijk een variant daarop.

Misschien is vandaag wel de dag die ik ga beschrijven op de laatste bladzijde van mijn boek.
Zie mij zitten: Huilend achter dit computertje. Buiten vallen de bladeren van de bomen, de zon schijnt niet. Het is niet koud, maar je voelt ook geen echte aangename warmte. November is net begonnen, dus in de komende week zou Herman jarig zijn en we herdenken de sterfdag van mijn vader.....

Wat ik al heel lang vast heb staan voor mijn boek is een titel: "Ik kan wel janken, maar ik weet niet waarom".

En zo is het.

Vanavond krijg ik bezoek. Mijn buurvrouwen komen op de koffie. Ik weet dat er elke dag buurvrouwen bij elkaar op de koffie komen, maar ik neem aan dat jullie begrijpen dat dit toch wel heel speciaal is.
Ze zullen vast van alles willen weten over mij, over mijn leven. Misschien zit ik heel de avond te vertellen over mijn verleden en hoe ik dat probeer te overwinnen, maar dat is theorie.
In de praktijk wordt dit voor het eerst van mijn leven 'meiden onder elkaar - zonder meer'.
Althans, dat denk ik.
En dat is moeilijk. Zij hebben kinderen en ik ook. Maar ik heb ze niet zelf gebaard. Zij zijn verliefd, verloofd, getrouwd met hun man en ik was een leven lang bang van alles wat man is, want omdat ik mijn eigen mannenlijf zo intens verafschuwde vond ik alles wat mannelijk was... eng.

En uit het één volgde steeds het ander, vooral een leven wat te gek was voor woorden. En toch wil ik niet op zoek gaan naar mensen die het ook allemaal beleefd hebben. Ik wil loskomen van dat alles. Ik wil het leven kennen wat ik nooit gekend heb. Mezelf een 'mindset' aanmeten van huisje-boompje-beestje, net als mijn buurvrouwen. Bij de meiden spieken om hun leven na te doen en hopelijk begrijp ik dan wel wat ik doe. Man-zijn begrijp ik niet, dat weet ik heel zeker, maar ik heb me toch heel veel dingen eigen gemaakt in die tijd. Zal dat erg in de weg gaan zitten?

Ik hoop dat deze dag de laatste scene uit mijn boek wordt. Het kladje in mijn hoofd zegt iets over 'eindelijk thuiskomen' en 'berusten in de toekomst'.
Als dat zo is, zit ik vanaf morgen achter de tekstverwerker om te beschrijven hoe het is om een leven lang een leugen te zijn.

Ik zit nu weer te janken, maar ik geloof dat ik eindelijk begin te begrijpen waarom.

maandag 31 oktober 2011

Vrolijk Kerstfeest!!!

Nee, ik ben nog niet klaar voor kerst, maar ik leef er wel intens naartoe.
Niet in de laatste plaats omdat ik hoop dat ik rond die tijd fit genoeg ben om een hele dag lekker in de weer te kunnen zijn zonder dat ik vlekken voor mijn ogen krijg en telkens sta te tollen op mijn benen. Ook niet alleen maar omdat het nieuwe iets daar beneden aan mijn lijf me dan hopelijk wat meer eigen is zodat ik niet steeds het idee heb dat ik per ongeluk op een speeltje van de kat ben gaan zitten, of dat het steeds voelt of ik een veel te strakke string aan heb.

Er is meer. Dat gevoel wat je soms zomaar met kerst kunt hebben en wat eigenlijk net zo goed op elke dag van het jaar op kan komen zetten, maar dan toch niet is zoals het met Kerst is.
Het is heel veel kerstmissen geleden sinds ik dat had en dat komt dan weer omdat ik nooit kerst-klaar was met kerst. Nooit is veel gezegd. Het is wel eens eerder gebeurd, ik geloof toen ik een jaar of zes was. Toen was ik namelijk heel ziek vlak voor kerst. Eén of andere griep. Ja dat waren nog eens tijden: Toen stak er nog wel eens een echte griep op en we ondergingen het gewoon in de hoop dat je met genoeg mazzel de boel wel zou overleven. Maar ik had het flink te pakken. De herinnering is te ver en te vaag om nog te weten hoe ernstig ziek ik ben geweest. Volgens mij heb ik destijds wel even om de hoek mogen kijken in dat magische gebied tussen leven en dood. Ik voelde me in elk geval heel wonderlijk toen. Alsof de tijd heel langzaam ging.

Misschien kan ik dit jaar weer met zo'n soort gevoel kerst vieren. Ik heb namelijk net weer om één of ander hoekje mogen kijken en ik heb zin om daar eens stilletjes over te mijmeren in een sfeer die dat helemaal toe laat.
Ik heb ook zin om mezelf helemaal op te doffen zoals ik al zoveel jaren stiekem heb gewild, maar niet kon en niet durfde omdat ik me met zoveel toewijding vast klampte aan mijn mannenrol.
Ik wil graag een jurk, een hele mooie jurk, niet over the top, maar ingetogen mooi, helemaal kerst, helemaal Mij, helemaal heerlijk genoeg om te zorgen dat ik er kriebels van krijg in mijn buik.
Ik wil me opmaken zoals ik normaal nooit zou durven, maar wel mooi, natuurlijk. Ook wat fraais met mijn haar en een sprookjesachtig geurtje om het af te maken.

Als ik eraan denk, word ik er alvast verlegen van. Heerlijk is dat!
En dan een huis vol groen en glitters en lampjes. Een vanillezoete geur die de winterse kou buiten houdt. Muziek vol klingelende klokjes en tingelende belletjes zachtjes op de achtergrond..........

Maar dat toch geen twee dagen lang en niks anders dan dat?
Hoe lang duurt het voor je jurk gaat kreuken, je make-up wat wazig en streperig wordt. Hoeveel vanillezoete geur en klingelend getingel kun je verdragen eer je er misselijk van wordt?

Nee, ik geloof dat dit een beetje over the top gaat. Laat ik het anders doen. Ik wil mezelf wel zo mooi mogelijk maken: een kerstengel in stemmig zwart, en ik wil Stralen. Een kerstster die je zomaar op straat tegen komt. De rest mag best wat minder: Doe maar gewoon, we zijn al gek genoeg.
Zal ik ook naar de kerk gaan? Ik verwacht niet dat ik God daar nog tegen ga komen, maar wel een boel mensen en ik ben gewoon benieuwd wat de mensen van mij als kerstengel-ster zullen vinden...

Maar ijdel ben ik niet.

Toch?