als kind leef je in een wereld vol geheimen en onbegrensde mogelijkheden.
Mijn kinderleven was er een waarin Feeën en Elfjes mochten bestaan.
Prachtige, vederlichte, bijna transparante wezens. Oneindig wijs.
In hun uiterlijk en gedrag Vrouwelijk tot het uiterste.
Ze waren alles wat ik niet had.
Ze bevonden zich vooral daar waar de lucht schoon en het licht helder was.
Maakt niet uit of het licht van de zon of het licht van de maan scheen.
De Feeën en de Elfjes waren daar waar ik graag was.
Ik weet niet of ze wel of niet bestaan.
De Kerstman en Sinterklaas bestaan niet,
dat hebben Pappa en Mamma zelf gezegd.
Maar mijn ijle vriendinnen?
Daarvan heeft niemand ooit bewezen dat ze niet echt bestaan.
Ik heb ook geen bewijs dat ze wel echt bestaan,
in elk geval niet het beeld wat ik in mijn fantasie van ze heb gevormd.
De plekken waar ik ze in gedachten bijna aan kan raken,
bestaan zonder meer.
Ik ben er vandaag nog geweest.
Nu ben ik weer innig verliefd op het leven,
heerlijk gevoel is dat.
En nu ik aan vandaag terugdenk, vraag ik me af
of mijn Fee me werkelijk heeft aangeraakt.
Ik heb haar heel lang geleden gevraagd
om mij te maken wie ik het liefst wil zijn.
En nu, een mensenleven later,
Is het bijna zover.
Het wonder is vindt plaats.
Als een rups die een vlinder mocht worden.
Ik heb er zelf voor gekozen om dat te doen.
Ik heb er heel hard voor gewerkt om dat te kunnen.
Maar had ik het durven doen als mijn Fee er niet was?
Het is een kwestie van geloof.
X
Geen opmerkingen:
Een reactie posten