zaterdag 28 juni 2014

Het gaat ook weer over...

Al een hele tijd start ik regelmatig mijn computer op, log ik in op mijn blog en schrijf niks.
Blijkbaar gaat het over. Er zit iets in de ondertoon waarmee ik steeds heb gepost wat me niet meer eigen is. Het is geen vrolijke ondertoon. Het past bij de sfeer waarin ik nu een aantal jaren heb geleefd maar er is iets belangrijks veranderd. Ik ben niet meer zo onrustig. Misschien ben ik eindelijk uitgepuberd.
Dat is te merken aan allerlei dingen die ik doe en vooral waarom ik die doe.

Maar de niet-vrolijke ondertoon is weer even terug en dit keer wil ik er iets mee doen. Ik wil mezelf heel duidelijk laten weten dat de dingen een oorzaak hebben die ik nooit durfde te erkennen. Zo was ik namelijk niet opgevoed.

Het is nu bijna juli. Deze tijd van het jaar heeft me in de loop der jaren hele nare dingen gebracht. Nu ben ik eindelijk zover dat die dingen geen terugkerende nachtmerrie meer hoeven te zijn, maar gewoon hele nare gebeurtenissen die een hele diepe indruk hebben achtergelaten. Ontkennen of wegdrukken is niet mogelijk gebleken. Daarom ga ik er een nieuwe naam aan geven. De komende weken onderneem ik een soort pelgrimstocht naar plekken die alles met die nare gebeurtenissen te maken hebben.

Als het nodig is ga ik er spontaan bij huilen, maar ik ga het niet dunnetjes overdoen. Ik ga er heen en ik weet dat het nu anders is. Ik heb namelijk iets gevonden: Een plek op de wereld en ruimte in mijn hart om gelukkig te zijn. De moed der wanhoop is moed en hoop geworden.

Mijn plannen zijn nog niet rond, maar één reis staat voor mij al vast;
11 juli ga ik iets drinken in het Amsterdam Hilton. Misschien kom ik er nog mensen tegen die daar met dezelfde reden heengaan.

Ik maak er in elk geval een feestje van.

Het zou goed kunnen dat ik deze blog niet meer bijwerk. Misschien maak ik ergens anders een heel ander blog, gewoon omdat het kan.

We zien wel.

vrijdag 2 mei 2014

Comorbiditeit

Dat woord heb ik geleerd uit mijn dikke studieboek. Het wil gewoon zeggen dat soms het één niet zonder het ander gebeurt. Elke gekte heeft meerdere gebreken, zo zou je het misschien ook kunnen zeggen.
Misschien durf ik vandaag zelfs te beweren dat transseksualiteit, genderdysforie of hoe ze het ding ook willen noemen, helemaal zo gek niet is. Misschien is het helemaal niet gek om in het verkeerde lichaam te zitten. Voor mij in elk geval niet. Ik begon er wel gek van te worden. De eeuwige onzekerheid, de eindeloze schaamte en het gevoel dat ik niet wist waar ik me thuis bij kon voelen. Niet bij de jongens, niet bij de meisjes en al helemaal niet bij alles wat daar tussenin zit.
Sinds er niks meer tussen mijn benen bengelt heb ik daar allemaal geen last meer van.
Maar het heeft wel sporen nagelaten.

Soms heb ik het gevoel dat ik jarenlang seksueel onheus bejegend ben door de broer van mijn broers.
Misschien ben ik daardoor seksueel heel erg geremd.
Op een of andere manier zorgt het er ook voor dat ik niet begrijp hoe het concept van vriendschap uitgelegd en toegepast moet worden.
Soms heb ik het gevoel dat ik in een chemisch laboratorium sta, omringd door reageerbuizen, retorten, gasbranders, bunzenbranders, pipetten enzovoorts, enzovoorts. Er staan ook allerlei potten en flessen met allerlei stoffen, keurig gelabeld: 'Affectie', 'Plezier', 'Geduld' en nog een heleboel meer.
Ik durf allang niet meer te vragen hoe ik daar vriendschap uit moet brouwen, want het antwoord is steevast een verbaasde blik. "Hoezo? Dat gaat toch vanzelf?"

Bij mensen zonder vlekje misschien wel. Bij mij niet. Waarschijnlijk leert iedereen dat spelenderwijs. Blijkbaar heeft het iets te maken met de term 'hechting' die ook in mijn dikke studieboek staat.
Misschien heeft het niet eens te maken met mijn trans-dingesigheid. Misschien heeft dat laatste me juist geholpen om ruim een halve eeuw te overleven zonder vriend-zijn op gevorderd niveau. Het ligt in elk geval niet aan die vrienden. Ik heb genoeg mensen mogen leren kennen die deel uitmaken van prachtige vriendenkringen. Diep in mijn hart ben ik als de dood om mij te mengen in de chemie van die kringen, bang dat de boel ernstig ontploft ofzo.

Maar het kan ook te maken hebben met 'Faalangst'. Ik ben niet alleen maar een tikje alleen, ik ben ook een stuk minder succesvol dan ik zou kunnen zijn. Als kind had ik al volop aanleg en daar is niet veel van af te zien in mijn huidige leven. Eigenlijk heb ik best vaak gekozen voor de weg van de gegarandeerde mislukking. Zo vaak dat ik nou eigenlijk niks heb op sociaal en maatschappelijk vlak.
Uit onderzoek blijkt dat veel transmensen in zo'n situatie leven. (Blijkbaar ben ik heel normaal.)

Voor mij is het helemaal geen probleem dat ik een trans-verleden heb. Dat was een wonderlijk avontuur, een innerlijke reis die erg sprookjesachtig aanvoelt. Ik vind dat juist iets om te koesteren
want die reis heeft me naar een prachtige bestemming gebracht.

Nu sta ik op het punt om aan een minstens even spannende uiterlijke reis te beginnen, maar daarbij heb ik heel veel last van mijn onvermogen om een goede vriendenkring te brouwen en ik heb ook ontzettend last van mijn diep ingesleten gewoonte om mijn eigen talenten te laten ontsporen.

Dat voelt wel heel gek.

Maar .......

De verandering van meneer C. naar Carine heb ik voor elkaar gekregen,
Ik ben helemaal op eigen kracht in één keer gestopt met roken,
Dus deze uitdaging kan ik ook aan.
Met wat hulp, natuurlijk. Daar is niks mis mee.

(paradoxaal; dat staat niet in mijn boek.)



zondag 13 april 2014

Zijn jeugd

zoals ik het nu beleef ben ik volop aan het ontdekken dat ik echt besta. Een leven lang was ik iemand die er eigenlijk niet was.
De dingen die ik deed waren altijd andermans werk wat ik per ongeluk had overgenomen.
(dat klinkt eigenlijk wel een beetje ingewikkeld... )

In elk geval is het steeds zo geweest dat alles wat anderen van mij schenen te verwachten of te verlangen, weinig of niks van doen hadden met mijn eigen aanleg en interresse.
Het was gewoon mijn bestemming om niet te passen, nergens bij te passen, overal voor op te passen.
Het was mijn lot om bang en eenzaam te zijn.

Niet zo lang geleden reed ik over mijn geboortedorp,
benieuwd wat er van de mensen en dingen uit mijn kindertijd geworden is.
Ik heb door het dorp gefiets en ik ben er omheen gefietst. Aan de westkant ben ik gestopt en ik heb het nederige profiel van het decor waarin ik de eerste helft van mijn leven heb gesleten geobserveerd.

Ik werd er wanhopig verdrietig van.

Blijkbaar heb ik mezelf altijd diep verdoofd, anders zou ik al ver voor mijn vijftiende levensjaar voor het sneue boemeltreintje gesprongen zijn, wat elke middag met een hoop kabaal het dorpje doorkruiste.

Ik leefde niet, maar dat wilde ik ook niet. Ik ben daar vreselijk eenzaam geweest. Het begrip 'gelukkig'  begin ik nu te begrijpen. Daardoor besef ik pas sinds kort hoe ongelukkig ik als kind ben geweest.

Ik denk dat het een opstapeling is van de verschillen tussen mij en dat dorp. Als gemiddeld begaafd dorpskinkeltje met weinig gevoel voor schoonheid kun je daar een prettig, ambitieloos,  leven leiden. Als hoogbegaafd trans-kind met een zucht naar kunst, cultuur en schoonheid, vergt het ongelofelijk veel kracht om in zo'n omgeving te leven.

Daarom heb ik nu toegegeven aan de doodswens die spontaan de kop opstak toen ik daar op de spoordijk naar het decor van mijn afschuwelijke jeugd stond te kijken. Ik ben naar 'de sluis' gefietst. Daar heb ik me ingebeeld hoe ik het jongetje-wat-ik-nooit-was in de rivier heb gesmeten met een paar zware basaltkeien er bovenop. Ik deed het met liefde. Zo'n kind kun je niet laten leven. Met dat verdriet, die eenzaamheid, zo veel onbegrip en zo weinig vreugde moet je de knoop gewoon doorhakken.
Dat onuitsprekelijke leed uit mijn kindertijd heb ik verzopen. Beter in de Amer dan in het cafe.

Misschien had ik liever dat dorp laten verdwijnen, maar daar is iets meer voor nodig dan een paar basaltkeien.
Schoenen die steeds dezelfde blaren openschuren gooi je weg. Een plaats die steeds dezelfde zielenpijn oproept,
moet je laten verdwijnen.

Terwijl ik dit schrijf, rijdt er een stoet oude auto's langs mijn huis. Grote auto's, met veel Co2 uitstoot.

Doe nog maar een rondje, jongens!
Leve de overstroming!!!

zondag 23 maart 2014

Of is het de leeftijd?

Heel, heel lang geleden werd mij verweten dat ik 'te aardig' was. Op dat moment vond ik het eigenlijk wel een compliment. Deze opmerking heeft indruk op me gemaakt. Ik denk er nog vaak aan.

Inmiddels ben ik zover dat ik vind dat degene die dit tegen mij heeft gezegd eigenlijk te aardig is geweest.

De laatste tijd worstel ik nogal met de manier waarop omstandigheden met mij op de loop lijken te gaan. Ik doe mijn uiterste best om mijn bezigheden goed te plannen zodat ik nooit met dubbele afspraken te maken heb en, wat misschien nog veel belangrijker is, zodat ik genoeg tijd heb voor mezelf en alles wat me dierbaar is.
Maar nog steeds zie ik heel vaak boze, teleurgestelde, geërgerde mensen om me heen. Het lijkt wel of ze niet door hebben hoe aardig ik in feite ben.

Ik zie mezelf al sinds mijn kindertijd als een onzeker, timide, wellevend, lief, vriendelijk, kwetsbaar schepseltje. Ik zou niemand kunnen kwetsen al zou ik dat willen. tot mijn eigen verbazing heeft dat onzekere enzovoorts schepseltje heel veel dingen gepresteerd die eigenlijk altijd gedaan of bereikt worden door mensen die heel zelfverzekerd, krachtig, standvastig, eigenzinnig, vasthoudend en onomwonden zijn.

Heel knap van mij.
Toch?

Soms word ik arrogant genoemd. Dat vind ik niet zo fijn om te horen. Ik heb weleens uit proberen te legen dat ik die indruk wek door mijn bovengemiddelde lengte en mijn kalme uitstraling enneh... nog zo het een en ander.

In de afgelopen dagen ben ik van verschillende kanten geconfronteerd met soms heel vervelende informatie. Vervelend voor mij, want de bronnen hebben gelijk, maar ze geven een beeld wat niks te maken heeft met verlegen, timide, lief en kwetsbaar. Eigenlijk integendeel. Opeens heb ik een visioen van een onverzettelijk type. Iemand die van anderen eist dat ze duidelijke afspraken maken en zich daar ook aan houden. Iemand die heel ongeduldig wordt als ze merkt dat anderen de feiten aan proberen te passen aan hun eigen comfortzone. Iemand die geneigd is om met de vuist op tafel te slaan wanneer afspraken op het laatste moment worden verplaatst of afgezegd.

Misschien ben ik toch wel een ander soort persoonlijkheid dan ik altijd heb proberen te geloven. Ik heb nog even geprobeerd te verklaren waardoor dit verkeerde zelfbeeld ontstaan zou kunnen zijn, maar volgens mij is dat eigenlijk niet zo heel belangrijk. Ik denk dat het meer zin heeft om me te richten op waar het heen moet.

Wonderlijk genoeg schaam ik me helemaal niet voor wat ik hierboven beschrijf. Ik ben er ook niet trots op. Ik voel me opgelucht, bijna net zo opgelucht als ik was na de operatie die mijn fysieke leugen teniet deed.

Nu is het weer een stukje leuker om Carine te zijn !

vrijdag 14 maart 2014

Joe Toe

Natuurlijk vraagt dan van tijd tot tijd iemand wat ik wil gaan doen, wat mijn plannen zijn voor de toekomst, met wat voor werk of baan ik oud hoop te worden....
Dan zeg ik eerlijk dat ik daar geen antwoord op heb.
Misschien komt dat wel omdat ik nu nog geen plan heb hoe ik mijn allerstilste, meest geheime, diepste wens kan verwezenlijken. Een jaar of wat geleden was ik aardig op weg om die stille wens in kleine stapjes te veroveren, maar toen kwam er 't een en ander tussen en nu ben ik het kwijt.

Hoe pak ik een draad op zonder dat ik meteen tegen de muur oploop van mensen die roepen dat het niet mogelijk is. Voorlopig heb ik genoeg aan mezelf die zegt: "Als je denkt dat het kan, dan kan het. Maar als je niet weet hoe, dan weet ik het ook niet".
Onmogelijke wens? Ja. Ik denk het wel. Maar mijn leven is vol onmogelijke wensen en tot nu toe heb ik toch een paar hele Grote, onmogelijk schijnende wensen vervuld. Vraag me niet welke, want daar heb ik het al vaker over gehad en daardoor weet ik dat het woord 'onmogelijk' echt niet betekent dat iets nooit zal gebeuren.

Wat ik wel weet is dat ik niet weet hoe de weg naar het eind van de regenboog loopt. Ik sla een richting in, doe vol goede moed wat ik kan of met de moed der wanhoop datgene wat onvermijdelijk lijkt en tot op heden heb ik een heleboel verrassingen gehad. Soms ook leuke.....
Maar op de achtergrond had ik altijd een stille, hele diepe wens die ik nu niet meer heb omdat die wens is vervuld.

Vandaag had ik weer zo'n gesprek waarin de ander vaststelde dat ik heel veel aan het doen ben en ook nog heel veel wil doen, maar de persoon in kwestie vroeg ook wat ik wil bereiken. Welke baan, carrière en toekomst ik voor ogen heb. Daar had ik geen antwoord op.

Toen ik later op de dag voor mijn platenkast stond om een prettig muziekje uit te zoeken, stuitte ik opeens op het antwoord. Plotseling werd ik me bewust van een wens die ik al heel lang heb. Al minstens twintig jaar. Misschien al voor de tijd dat ik op weg was naar de verwezenlijking ervan. In elk geval al lang voordat ik stuk liep en uit viel.

In de afgelopen tijd heb ik weleens een openingetje gezien om die oude draad weer op te pakken, maar ik wist niet of ik dat nog kon en of het nog bij me zou passen. Ik was ook een beetje bang dat ik in zou stappen op een station wat ik al gepasseerd. Misschien dat ik me daar zou gaan vervelen of achterhaald zou gaan voelen. Ik weet niet of dat werkelijk gebeurd zou zijn, ik heb dat namelijk nooit uitgeprobeerd.

Nu ik mijn stille wens heb teruggevonden, durf ik het wel. Als ik weer zo'n openingetje vind, stap ik erin. Dan ga ik ervoor. Mijn stille wens. Er is een richting!
Nou ben je natuurlijk benieuwd wat het is. Na dit verhaal moet ik het wel verklappen.

Ik wil bij de roadcrew van U2.

Echt waar.

woensdag 12 maart 2014

Ambitie

Nee, ik wil geen streber zijn. Ik wil gewoon doen wat ik heel goed kan of heel goed wil kunnen. Het eerste klinkt te simpel en het tweede heb ik nooit geleerd, vandaar dat ik heb besloten om de manier van 'al doende' te gaan hanteren. Gelukkig heb ik internet, dus de brokjes theorie die erg behulpzaam en richtinggevend kunnen zijn liggen ruimschoots op de loer.

Ergens heb ik geblogd dat ik schrijver wilde worden (of zijn). Tot nu toe kwam daar steeds iets tussen. Allerlei tastbaar geworden excuses. Daar ben ik heel goed in. Dat kan ik inderdaad al heel lang. ik kan dat zo goed en doe dat al zo lang dat ik me inmiddels af ben gaan vragen of die manier van doen een deel van mijn opvoeding was. Ook al zou dat niet waar zijn, het helpt enorm bij mijn voornemen om die werkwijze af te leren.

mijn eerste prioriteit is nu om een prioriteitenlijst te maken. Daarop de dingen mijns levens in volgorde van wenselijkheid. Daarbij is mijn gevoel leidend. ik heb in het verleden namelijk gemerkt dat ik hele grootse dingen voor elkaar krijg zodra ik mijn gevoel gehoorzaam.
Mijn gevoel zegt me nu dat ik de dingen niet meer zomaar kan laten komen zoals ze zijn en dan bij wijze van de spreekwoordelijke spons op te zuigen wat zoal op mijn pad druipt. Want, om bij die spons te blijven, het meeste druipt er ook weer heel hard uit. Dat heeft misschien met ouderdom te maken. Ja: Oud. Toen ik zestien was vond ik een vijftigjarige heel oud. Als ik jong van pretentie wil zijn noem ik mezelf 'nog jong ondanks de stramme gewrichten, gebrekkige conditie, hulpeloos geheugen en grijze haren met bijbehorende rimpels'. Het mindere geheugen vind ik hierin het minst prettig.

Als ik mezelf jong van geest wil noemen en mezelf wil blijven herinneren aan zestien zijn, ben ik verplicht om te zeggen dat ik oud ben en dat ik me er elke morgen over verbaas dat de spiegel nog zo weinig hang- en ribbelwerk vertoont.
Op mijn zestiende wilde ik niet gaan studeren. Niet omdat ik niks wilde weten, ik had gewoon een hekel aan school en alles wat daar aan deed denken. De afschuwelijke sfeer in die gebouwen. De domme leerkrachten. Ik denk dat ik het heel slecht getroffen had met die types die pretendeerden dat ze kennis over konden dragen die ze zelf niet eens  bezaten. Die indruk wekten ze in ieder geval.

Nu wil ik wel studeren. Niet alleen de studie op zich, er is ook een heleboel andere kennis die ik wil vergaren. Dat heeft alles te maken met een andere hoge prioriteit. ik wil verhalen schrijven. Die moeten ook ergens over gaan. Ik heb besloten om klein te beginnen, bij wijze van oefenen. het zou jammer zijn als de Grote Verhalen die ik in mijn hoofd heb uitdraaien op veel minder dan zou kunnen zijn doordat ik stomweg niet vaardig genoeg zou zijn voor Het Grote Werk. Om dat te beamen heb ik mezelf een hele fraaie vulpen geschonken, zo een die je echt nooit uit zal lenen.

Na die twee komen literatuur, kunst, cultuur en muziek. Dat wil ik in elk geval graag consumeren en eigenlijk wil ik er ook wel bij betrokken raken. omdat ik nog geen idee heb hoe dat zou moeten, laat ik dat nog open. Misschien druipt er wel iets op mijn kunstroute en dan zou het zomaar kunnen dat ik toch weer ga sponzen.

mijn familie, vrienden en mensen om anderszins van te houden heb ik nog niet genoemd. Mijn gevoel weet dat die boven alles komen, maar eerlijk gezegd vind ik dat niet makkelijk. Ik ben niet zo heel erg bedreven in vorm geven aan 'houden van'. Het schijnt dat ik een leven lang niet echt van mezelf heb kunnen houden en dat heeft zo zijn gevolgen. Gelukkig ken ik iemand waarmee ik heel goed over dit kan praten en met die persoon spreek ik regelmatig af. Het zegt heel wat dat ik die afspraken nooit oversla, uitstel of afzeg.

Met alles wat ik nu genoemd heb zal mijn tijd behoorlijk goed gevuld zijn. ik bedenk me nu dat ik ook graag buiten speel. Te voet, op de fiets of in de tuin. Het kan allemaal. Volgens sommigen moet je die dingen in het weekend doen. Wie ben ik om daar tegen in te gaan? Daar moet ik wel bij vermelden dat mijn weken niet allemaal even lang zijn. Soms duurt een week minder dan een dag, soms duurt het een maand en andere keren korter of juist langer. Zie daar maar eens een vast weekend aan vast te knopen.

In het rijtje staan wat lager de ouderwetsche waarden die te maken hebben met arbeid, kostwinning en zekerheden voor de toekomst. Wat dat betreft heb ik de tijd waarin ik leef niet mee. Natuurlijk wil ik me heel graag Nuttig en Volwaardig voelen, maar door omstandigheden val ik tegenwoordig zo'n beetje buiten de participatieboot. Natuurlijk is het prioriteitenlijstje van vandaag een momentopname. Ik weet niet hoe het lijstje er over een jaar uit zal zien. Ik weet wel dat mijn lijst er een jaar geleden anders uit zag en sommige dingen die er drie jaar geleden op stonden zijn nu helemaal niet meer aan de orde.
Die verouderde lijsten heb ik weggehaald en daarom vraagt het lege plekje op mijn prikbord om een nieuw lijstje.

In stilte verwacht ik dat ik over een poos terugkijk op de lijst die ik nu gebruik met de voldoening dat de lijst heeft gewerkt. Dan maak ik fris en monter een nieuwe lijst. Gelukkig heb ik nog geen idee wat daar op zal staan.


zaterdag 1 maart 2014

Indrukken

Gisteren heb ik een avontuur beleefd en ik heb ervan genoten. Misschien beleefde ik eergisteren ook een avontuur, maar toen heb ik niet genoten, dus dat telt niet.

Vandaag vraag ik me af of mijn geheugen misschien te klein is, want ik heb gisteren zoveel gezien, bekeken en ook gehoord. Maar ik kan me er te weinig van herinneren.
Nu ik sporen van gisteren terug zoek op internet kan ik alleen maar vaststellen dat ik veel niet meer weet. Maar er komen dingen op in mijn geheugen, dankzij de impressies op de digitale snelweg. Zelfs geuren en smaken die ik opnieuw proef, vlagen ervan.
Maar ik heb geen spijt. Het vergeten moedigt mij juist aan om meer en vaker te kiezen voor de avonturen die overal verscholen liggen en meer de gebeurtenissen te mijden die me niet gelukkig kunnen maken.

Dat betekent niet dat ik platweg wil kiezen voor gemakkelijk en alleen-maar-lekker. Eigenlijk integendeel. Mijn goede voornemen was dit jaar om dingen te gaan doen die ik niet durf. Dat is best moeilijk, eigenlijk. Voor mij in elk geval. Leven in een verkeerd lichaam, of beter gezegd: Overleven in een verkeerd lichaam, betekende dat ik altijd heel hard bezig was te doen wat anderen van mij schenen te verwachten. Ik was bang om iets verkeerd te doen. Toch was ik in staat om heel stilletjes mijn kleine avonturen te beleven. Een soort heimelijk leven waarin het er niet toe deed wie ik was. Er waren kleine dingen die ik mezelf toe durfde te staan. Genieten van wonderlijke momenten. Heel klein en terloops en onzichtbaar voor hen die niet wilden weten dat deze wondertjes bestaan.

Voor mij bestonden ze. Ze hielpen me om te kunnen leven.
Misschien waren ze mijn hele leven. Mijn indruk is dat het nog steeds zo is.
Terwijl ik dit schrijf denk ik aan de vage geur van schimmel waarin ik een goed theater herken. De zweem van terpentijn die rond het gereedschap van een levende schilder hangt, het zachte brommen van gitaarversterkers en het ruisen van de kledij als klassieke musici hun podium betreden.

Dat alles heeft voor mij de kracht van tovenarij en ik heb heel mijn leven verlangd naar een toverfee, zo sterk dat ik soms droomde om zelf een mooie toverfee te zijn.
Ik dacht nooit dat ik dat kon en ik wist niet of ik het wel zou durven. Misschien had ik de indruk dat ik van één plus nul nooit twee kon maken.
Het is een indruk, die laat zich moeilijk uitleggen.

Misschien is het als stoppen met roken. Ik wil doen wat het beste voor mij is, maar ik twijfel of ik me er ook beter door ga voelen.

Zo'n soort indruk heb ik nu.
Misschien kan ik er een mooie afdruk van maken?

woensdag 1 januari 2014

Amnesie op afroep

Vorige week las ik een boek waarin de hoofdpersoon leed aan geheugenverlies.
Dat raakte me. Ik zou heel graag hele stukken uit mijn leven willen vergeten.
Met name mijn pubertijd.
Ik kan die tijd niet ongedaan maken, ook niet overdoen. Ik zou het wel graag willen vergeten.

Natuurlijk was ik er destijds zelf bij en in theorie had ik er zelf iets goeds van kunnen maken.
Participeren in mijn eigen leven, zeg maar.
Helaas wil de praktijk dat wij mensen, sociale dieren als we zijn, alleen datgene toestaan wat binnen onze samenleving past. Zelfs onaangepast gedrag moet voldoen aan zekere voorwaarden, anders ben je een serieus gevaar.

In de ogen van mijn wereld voldeed ik redelijk goed aan de regels die golden voor onaangepast gedrag.
Maar ik was daarin niet volmaakt. Men twijfelde aan mij en die twijfel liet mij maar wat aanmodderen.
Ik hoorde nergens bij, dat kon ook niet want ik was omringd met figuurtjes die zeer intensief en toegewijd bezig waren om 'man' te worden.
Uiterlijk overkwam mij dat ook, maar in mijn geest, mijn hart en mijn ziel, ging ik een heel andere weg.

Ik werd niet volwassen. Ik dacht dat ik dood ging.
Die jaren zou ik graag vergeten. Alles wat ik toen heb moeten leren zit me nu vreselijk in de weg.
De technische opleiding van toen komt me nu en dan weleens van pas, dat geeft niks. Maar ik had dat liever erbij gedaan. Noem het een soort van opleiding tot Handige Hanna, veel meer is er in feite niet van overgebleven.
Die handigheid heb ik misschien altijd wel in me gehad, maar niet in een strikt technische richting.
Als kind was ik altijd aan het knutselen en creëren. Alles wat ik vond was interessant. Het enige waar ik een beetje bang voor was, was textiel. Stel dat ik al doende uit de kast zou vallen. Ik wist al veel te veel van damesmaten; A- B- en C cups, lange en brede nylons. Ik weet zelfs nog dat ik op mijn 17de perfect in een jurk maat 40 paste. Welke maat spijkerbroek ik toen overdag droeg weet ik niet meer.

Hoe dan ook; men meende in mij een techniker te zien. Kunstenaars komen in mijn familie niet voor.
Opkomen voor mezelf zou betekenen dat ik uit had moeten leggen wie ik was. Daardoor zou ik 'anders' zijn en ik wil niets liever zijn dan gewoon mezelf, met hooguit een paar kleine eigenaardigheidjes.

Ik heb in de loop van mijn leven volop gefantaseerd hoe ik 'mij' zou kunnen worden.
Een hersentransplantatie leek mij in sociaal opzicht het minst gecompliceerd.
Misschien zou ik heel erg hebben moeten wennen aan mijn volkomen nieuwe spiegelbeeld,
maar eerlijk gezegd was ik ook niet erg vertrouwd met mijn oude spiegelbeeld.

Nu gaat het een stuk beter. Ik durf zelfs te leven zonder make-up.
Maar die herinneringen, daar heb ik het nog moeilijk mee.
Als ik mijn leven vanaf pakweg mijn zesde tot ongeveer mijn twintigste jaar zou kunnen vergeten.
Heerlijk lijkt me dat.
Misschien moet ik maar gaan doen alsof dat zo is.
Ook praktisch moet ik dan het één en ander rechtzetten.

Wèg LTS-diploma en daarvoor in de plaats suggereer ik een cursus 'klussen in huis'.
Mijn werk- en denkniveau ligt in elk geval een paar treden hoger dan wat mijn diploma zegt.
Sterker nog; het werk wat ik nu doe is op HBO niveau... Behalve het loon.
Met de nodige moed en volharding heb ik voor het eind van dit jaar een certificaat wat zegt dat ik op Bachelor-niveau kan functioneren......................

Weet je wat?
Als ik vanaf nu alles wat ik niet meer mee wil nemen, gewoon niet meer noem. Misschien heb ik het dan nog wel in mijn hoofd, maar ik kan zorgen dat het niet meer in mijn administratie zit.

Adminesie .....

Voor mij is dat nu al het woord van 2014 !

Ehm... Maar dan zit ik nog met die portretjes die Herman Brood van me gemaakt heeft.
Daar staat een jongensnaam op....?
Ach, dat was natuurlijk mijn bijnaam, dat doen collega's onder elkaar nou eenmaal.

We waren immers op toer met Coach, Buis, Truus, Het Lijk, Vleermoes, Mannes & de Mannen
en Ik.

Dat was echt een onvergetelijke tijd.
Dat wel.