Vroeger, toen ik nog een klein mensje was op een nog kleiner dorp, had ik zo mijn ideeën over dingen die op ons dorp niet voor kwamen of voor leken te komen.
Ik weet niet alle voorbeelden meer, maar ik weet nog wel dat Migraine naar mijn kinderlijke idee een soort aanstelleritis voor Deftige Dames was.
Een aantal jaar later, wijzer en milder geworden, was migraine "gewoon een duur woord voor een beetje hoofdpijn".
Pas toen ik bijna veertig was, leerde ik op een congres van hersenspecialisten wat migraine werkelijk is. Het bleek een kwaal te zijn waar ik zelf al sinds mijn twaalfde aan lijd. Ik herinner me niet alle aanvallen meer, dat is ondoenlijk, het waren er namelijk best veel. Ik weet wel, dat ze jarenlang heviger en griezeliger werden. Ik ben bang geweest dat ik blind zou blijven of dat ik nooit meer verstaanbaar zou kunnen praten. Ik heb meer dan eens in stilte gesmeekt dat iemand mijn hoofd af wilde hakken om een einde te maken aan die afschuwelijke 'trip' die steevast eindigde in een hoofd vol kokend lood wat meer dan een dag zo zou blijven.
Sinds een jaar of wat zijn de aanvallen niet minder vaak, maar wel minder hevig. Ik hoef niet meer de hele achtbaan door, die steevast begon met een ongewoon helder en kalm gemoed, daarna een 'gruizig' gevoel overal in mijn hoofd en, zodra ik niet meer scherp kon zien, de werkelijk start van de ellende.
De wereld werd een caleidoscoop. Dingen recht voor me werden onzichtbaar, of waren zichtbaar als snippers van de wekelijkheid. Dat verschijnsel duurde soms wel een uur. Daarna sloegen mijn andere zintuigen op hol. Allerlei plekken op mijn lijf werden gevoelloos of vingers voelden aan alsof ik ze gebogen had, terwijl ik wíst dat ze gestrekt waren. Ik nam geuren waar die er niet konden zijn of die waarschijnlijk niet eens bestaan, hevig en indringend. Misselijkmakend. Ik proefde vaak metaal en er waren geluiden die uit mijn herinnering opdoken en opeens oorverdovend hard door mijn hoofd schetterden. Het gebeurde ook wel dat een woord of een enkel geluidje eindeloos na bleef echoën. Spreken durfde ik vaak niet, want ik wist niet of ik nog controle had over mijn spraak. Ik wist niet of ik nog verstaanbaar kon spreken, ik had ook geen idee of de woorden die ik bedacht ook daadwerkelijk uit mijn mond kwamen.
Het gevoel van dit alles samen, kan ik misschien het best omschrijven alsof mijn lichaam tegen mijn ziel in opstand kwam. Het eindigde altijd met braken. Eindeloze misselijkheid, samentrekkende krampen in mijn middenrif, zo hevig dat ik verbaasd was, dat er nooit iets in mijn binnenste is stukgegaan.
Daarna kwam de hoofdpijn, een hoofd vol kokend lood. Alles in mijn hoofd deed zeer: Mijn ogen, mijn oogkassen. Het beentje in mijn neus, mijn kaken. Het voelde dan alsof ik keihard met mijn gezicht tegen een ijzeren deur aan was gelopen. Ik was dan ook moe, onbeschrijflijk moe. Het voelde niet alsof m'n batterijen weer opgeladen moesten worden, mijn batterijen waren dan helemaal weg, er was niks meer.
Dan sliep ik twee dagen heel onrustig maar tegelijkertijd erg diep. Steeds als ik even wakker werd, had ik geen idee van tijd of plaats.
Na twee dagen was ik 'klaar'. Ik had dan honger en verlangde ernaar weer van het leven te proeven. Dat gebeurde altijd tegen da avond. Ik voelde me dan een soort schipbreukeling of iemand die een ander soort ramp had overleefd. Na twee dagen zonder eten of drinken ben je behoorlijk licht in je hoofd en slap in je knieën, maar na een bord eten en een nacht normale slaap, ging het leven weer gewoon verder.
Dit soort hevige aanvallen komt al een paar jaar niet meer voor. De laatste tijd zijn het hooguit flarden van wat ik allemaal beschreef en het duurt altijd minder dan een dag.
Vandaag was het weer eens zo ver. de sterkste aanval in tijden. Meteen na het opstaan voelde ik me al zwaar, letterlijk alsof al mijn lichaamsdelen verzwaard waren. Geestelijk was het hetzelfde laken een pak. De lichtheid en blijheid van gisteren waren er nog wel, maar er lag een dikke deken bovenop. Ik had geen fut om dingen te doen. Geen stemoefeningen, niet de computer aanzetten, niet eens de radio aan. Ik heb wel ontbeten en me gedoucht, maar tot de lunch gewoon doelloos in mijn stoel gezeten, malend over dingen uit mijn verleden. Na de lunch ben ik daar weer mee verder gegaan en opeens merkte ik aan mijn ogen dat het mis was. Toen even later de geluiden van buiten steeds luider en feller leken te worden, besloot ik om maar in bed te kruipen. Ik had het vreselijk koud en voelde me moe. Ik was verslagen, over en uit. Ik kon weinig anders meer doen dan huilen en dat hielp. Alle rare geluiden en beelden in mijn hoofd trokken weg en ik ben in slaap gevallen. Ik heb bijna een uur geslapen, daarna mezelf verwend met een kop koffie en een cracker met jam. Daarna wist ik mezelf ertoe te zetten om naar de apotheek te fietsen en op het dorp een boodschapje te doen. Ik vond het een feest om buiten te zijn met de wind door mijn haar en de zon op mijn wangen.
Daarna heb ik voor mezelf gekookt, gegeten en weer naar bed gegaan. Na een half uurtje ben ik weer opgestaan. De afwas is gedaan, ik heb nog wat mailtjes verstuurd, geld overgemaakt naar de deurwaarder en nu ben ik aan het bloggen. Ik voel me licht in mijn hoofd maar ik ben niet misselijk. Hier en daar heb ik een drukkend gevoel op of in mijn schedel en ik voel me niet fit, maar inmiddels weer wel licht en blij met mezelf en hoe ik leef.
Ik heb vastgesteld dat mijn migraine doorgaans opkomt na een periode van inspanning. Dat kan lichamelijk zijn, maar een geestelijke oorzaak is eigenlijk standaard. Deze keer begrijp ik heel goed welke last(en) ik de voorbije weken zoal op mijn schoudertjes gehad heb. Ik hoop dat vandaag een beetje geholpen heeft de dingen die ik kwijt wil ook werkelijk kwijt te raken.
De aanstelleritis mag me voortaan bespaard blijven.
Er zijn immers nog veel meer dingen die een dame deftig maken.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten