donderdag 30 september 2010

Wilde Mossels

Vandaag heb ik een soort van gespijbeld. Voor mijn gevoel tenminste. Als ik er nog eens goed over nadenk, is eigenlijk alleen gitaarspelen er tot nu toe helemaal bij ingeschoten. Maar ik heb wel het gevoel dat ik deze dag eigenlijk geen moer heb uitgevoerd. Lang geslapen, dat is: Tot na elven en vervolgens pas rond één uur in de kleren en verder alles tempo doeloe.

Ik heb overigens een nieuw vriendje. Hij is groen, kan vreeeselijk goed springen en vraagt of hij verkering mag met mijn ploetertje.... (als 'ie maar niet in mijn bed kruipt.. ieuwww)

Maar wel zo'n 'vandaag even niks' dag. Wel kinderpostzegels gekocht bij twee van die kinderpostzegelkinderen.
Wat kunnen ze al heerlijk zelfverzekerd en wereldwijs voor je deur staan, maar toch ook weer erg nerveus want het is natuurlijk egwel serious business.

Lekker heel de middag terrasdeuren open en eigenlijk de hele afgelopen week eens laten bezinken.
Hoe kan ik bijvoorbeeld leren om vriendelijk edoch beslist aan de buitenwereld te laten merken dat ik niet alles wil slikken?
Zoals een opmerking van iemand die in feite niet weer waar ze over lult, maar die het -als goede vriendin zijnde- toch errug zonde vindt dat ik en mijn ex uit elkaar zijn. En dat nota bene uitkraamt waar één van de kinderen bij is.
Dat ik dan niet meer half verontschuldigend ga zitten hakkelen dat ons uit elkaar gaan toch écht het beste was.
Maar dat ik gewoon, vriendelijk glimlachend en de zeikert in kwestie strak aankijkend vaststel dat het haar zaken niet zijn,(gvd nogges aan toe!!!)

Of zo'n lijer van een kutverkopertje wat hier gisteren aan de deur stond. Zodra de hufter besluit dat ik 'meneer' moet heten voortaan dan maar meteen de deur in zijn smoel kwakken.
Beter nog: Figuren die ik niet ken en niet uitdrukkelijk verwacht lekker voor de deur laten staan....

Zoiets moet ik me dus met nadruk eigen maken. Wil niet meer over me laten lopen, zeg maar, ook niet door groene springbeestjes.

Maar toch nog over 'Wilde Mossels'. In feite een beeld van mijn puberjaren en jong volwassen tijd in een piepklein wereldje waar men elkaar vooral wijsmaakt dat de rest van de wereld absoluut niet deugt en waar je op je 23ste al serieus begint met doodgaan.
Mijn god, wat ben ik bang geweest om zo'n leven te moeten leiden. Dat had ik gisteren ook al geschreven, maar dat gevoel is nog even blijven plakken.

Natuurlijk was het bij mij dubbelop, want ik wilde niet wegzinken in de plattelandscultuur en ik wilde niet oud worden en doodgaan in een mannenleven. Als je dan niemand hebt die je daar uit lijkt te kunnen redden en je weet niet hoe je  helemaal zelf een weg zou moeten uit die drek, is de kans erg groot dat je domme dingen gaat doen.
Misschien maar goed dat ik van nature en van huis uit niet zo dapper ben. Nu speelt me dat best wel parten, maar toen heeft het er voor gezorgd dat ik niet totaal ontspoord ben, maar alleen maar bijna dertig jaar heel ongelukkig en onzeker.
Wat bof ik weer.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten