woensdag 18 mei 2011

Ongedurigheid

Vannacht slaap ik niet. Te ongedurig. Veel dingen die me bezighouden en eigenlijk vind ik het niet eens erg. Toch ben ik moe, behoorlijk moe. Eigenlijk wil ik een poosje niks, alleen maar doen wat in me opkomt.
Vandaag moest er een pakket met de post mee, maar ik had geen passend doosje dus toen ben ik maar een grote doos kleiner gaan maken. Op zich een leuk knutselklusje, maar vandaag was het een gigantisch karwei.
Zo moe.

Toen ik het pakket naar de post bracht, leefde ik helemaal op. Heerlijk buiten zijn - op mijn nieuwe, snelle fiets met wel zes versnellingen. Waar zou ik eens heen fietsen? Ergens heen waar het leuk is?
Ik ging toch maar naar huis. Eerst nog even wat aan mijn fiets gerommeld, want ook al is 'ie nieuw voor mij, een ander heeft er al heel erg veel op gefietst en dat merk je. Maar ik ben toch enorm blij met de fiets.

Toen heb ik mezelf in de keuken aan het werk gezet om een maaltijd te maken, want het verraderlijke van moe zijn is dat je niet goed voor jezelf zorgt en dat maakt het er niet beter op. En dat klopt. De maaltijd deed me goed. Spinazie met gebakken champignons en gekookte aardappeltjes, hoe saai kan lekker zijn.

Daarna viel ik bij de radio in slaap. Muziek zit vol verborgen verhalen en als je op die speciale manier luistert, droom je jezelf er moeiteloos middenin.
Na het slaapje ben ik begonnen mijn kamer te veranderen. Dat gaat namelijk het beste als je ongedurig bent.
Maar ik was nog steeds heel moe, mijn geduld liet me steeds in de steek, dan begon ik boos te worden op al mijn onwillige spullen. Gelukkig bleef het bij beginnen, maar mopperen deed ik wel volop.

Rond elf uur stond alles op zijn nieuwe plek. Toen kon ik even rustig zitten en kijken of ik het goed had gedaan. Het was nog wel erg rommelig, dus toen ben ik de stofzuiger, de emmer met sop en alle rondslingerende dingen maar op gaan ruimen. Daarna heb ik nog een hele poos naar de radio geluisterd en in plaats van naar bed te gaan, heb ik de computerhoek, of als ik het netjes wil zeggen: Mijn werkplek, aan gaan passen en nu is ook dat zo goed als het kan.

Het is nu kwart over vijf. De merels zingen al en de haan van de buren kraait uit volle borst. Opeens komt het idee in me op om nu op mijn fiets te klimmen en de dag ergens buiten te begroeten. Maar ik doe het niet. ik ben nog steeds moe en er wachten nog dingen die gedaan willen of moeten worden.

Ik ga zo dadelijk maar ontbijten. Daarna kruip ik in bed met mooie muziek op mijn oortjes en dan ga ik over een paar uurtjes weer aan het werk.
Ik heb het er maar druk mee.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten